Coupégeheimen

Coupégeheimen

In de trein reizen hele conversaties met je mee. Boeiende tweespraken of ogenschijnlijke monologen.

 

Zo ook gisteren onderweg naar OCW in Den Haag. Twee oudere mannen, de een net gestopt met werken, de ander vermoedelijk al wat langer met pensioen. De vutter verzucht dat internet toch wel handig is, maar nu hij thuis is en geen PC heeft, voelt hij zich digibeet. “Daarom ben je nog geen digibeet”, reageert de bejaarde. De vutter legt zijn oudere reisgenoot in begrijpelijke taal uit wat e-mail is, korte berichten, alsof je telefoon krijgt; dat je op het web dingen op kunt zoeken, zoals het spoorboekje; dat hij al blij zou zijn wanneer hij platte tekst verwerken kan, zonder plaatjes en zo. Hij overweegt toch iets te kopen, zo’n kleine, platte. “Oh, je bedoelt een laptop”, zegt het grijze hoofd. “Ah man, kijk aan, jij weet er alles van!”

 

Pers neemt geen blad voor mond

Ooit, op 16 mei 2003, spoorde een gehaaste correspondente van een gerenommeerd dagblad tegelijk met mij in een vertraagde trein naar Den Haag, waar Prinses Maxima haar eerste officiële toespraak zou houden. Daar móest ze bij zijn. Luidkeels besprak ze mobiel met vrienden en collega’s hoe ze Hirsi Ali aan het volgen was, beoordeelde ze de onderwijswethouder van Utrecht publiekelijk, gaf ze het telefoonnummer van Adelheid Rosen door en schalde zelfs het wachtwoord van haar kapotte PC door de coupé.