Gebarentaal

Gebarentaal

In het centrum van Amsterdam verplaats ik me het liefst te voet. Zeker op de vroege morgen wanneer de stad tot leven komt. Onlangs torste ik vanuit de trein twee zware tassen mee en nam ik richting Herengracht toch maar de tram.

 

Op het Damrak wurmde ik me in de spits naar binnen en bleef ik in de bomvolle tram voorin hangen. Over het Rokin rijdend begroette de bestuurder met uitbundige handbewegingen zijn tegemoet komende collega’s. “Jullie lijken wel een gebarentaal te hebben”, merkte ik op. “Ja, vroeger hadden we radio aan boord, maar dat werd op de duur een klerezooi.” Ik kon me inderdaad de schetterende stemmen door die mobilofoons herinneren. “Dus dat had een belangrijke sociale functie”. “Ha ha, so sou je het ook kenne noeme ja.”