Dat wordt een grote

Dat wordt een grote

Gisteren reed de kersverse Nederlandse Kampioen wielrennen in een koers door mijn woonplaats Oosterbeek geruime tijd op kop. Mijn gedachten gingen terug naar de sfeervolle kermiskoersen in mijn geboortedorp, waar zich een groot talent manifesteerde.

 

De Grote Prijs Gerrie Kneteman werd pas voor de 2e keer verreden en moet als publiekstrekker nog groeien. In mijn herinnering stonden drommen mensen langs de kant tijdens de jaarlijkse Ronde van Leimuiden, waar de bel bij iedere doorkomst driftig werd geluid om de premiesprinters, die streden om een mooi stuk vlees van slager Van der Meer of om vijf tientjes van Bakker Beuk, aan te moedigen. Bij de volgende doorkomst wachtte weer een andere beloning voor de voorste.

 

De deelnemers waren amateur of semi-prof en veelal lid van een wielerclub uit de omgeving. Een van hen was lid van Swift uit Leiden. Mijn vader hield hem extra in het oog, mede omdat hij in de oorlogsjaren werkzaam was geweest bij een oom van deze rappe knaap uit de Rip (Rijpwetering). Bij een van de doorkomsten zei m’n vader: “Dat wordt een grote …” Vijftien jaar later won Joop Zoetemelk de Tour de France.

 

Veteraan Koos Moerenhout kan zijn rood wit blauwe trui dit jaar niet tonen in de Tour en de overwinning in Oosterbeek werd hem uiteindelijk ook onthouden. We zullen zien of de Raborenner nog vaker boven een knechtenrol weet uit te stijgen.